rennend; wegvluchtend, vluchtend; deelnemend aan (bv verkiezingen); vloeibaar
hardlopen; wedstrijd; deelnemer zijn; beweging; vloeibaar
rennen, weglopen; laten lopen; een programma starten (in computers); overgaan, laten lopen, beheren; voorbereiden; oprichten; voldoen; waarmaken; doorgaan; lekken; uitkleden; moeite doen
正在翻譯中..